5.11.05

Relaties

Doel van deze schrijverij was een jaar geleden in eerste instantie verwerken. Proberen de chaos in mijn hoofd een plaatsje te geven. Proberen door het bos te bomen weer te zien. Proberen te overleven nadat alles waar ik ooit in geloofde verwoest was.
In tweede instantie was het een uitlaatklep zonder grenzen. Ik liet mensen meelezen, maar verwittigde wel dat het mijn ding was. Dat ik misschien dingen zou schrijven die ik anders alleen maar zou denken. Ik gunde de wereld ook een kijkje aan de achterkant van mijn ziel, de donkere kant...

De eerste berichten kwamen met heel veel pijn uit mijn vingers. Ik voelde een constante druk om mijn gevoelens te verwoorden. Het voelde alsof de kraan opengedraaid werd en ik niets anders kon dan gewoon volgen en typen tot mijn vingers blauw zagen.

Wat mijn ziel en vingers wel verwarmden waren de tientallen mails en sms-jes. Mensen, vrouwen, lotgenoten van vroeger, nieuwe lotgenoten en totaal onbekenden. Mensen die mijn pijn herkende, die hun pijn er in herkende ... die wat ze lazen tegelijkertijd in hun eigen zieltje voelden. Die ook al waren mijn eerste berichten rauw en stonden ze stijf van het cynisme, toch troost vonden. We zijn niet alleen, er zijn nog vrouwen zoals wij. Velen vonden troost in het feit dat duidelijk werd dat ik niet van plan was in een depressie te verzinken. Dat ik bij tijd en wijle nog kon lachen. Dat ze veel hadden afgenomen, maar dat mijn gevoel voor humor nog overeind gebleven was. Ik zag die humor toen door een dik gordijn van cynisme.

Ik vond troost in de moeders die vertelden dat ze best konden begrijpen dat ik ze met gans mijn hart gehaat had. Dat niemand kan weten hoe het voelt om kinderloos te zijn dan diegenen die ook effectief kinderloos zijn. Zoals niemand een moeder beter begrijpt dan een andere moeder.

Lief waren diegenen die een oor, een vinger, een teen zouden afgesneden hebben om te kunnen helpen. Lief waren diegenen die mij lieten spelen met hun kinderen en net niet een traantje lieten. Lief waren diegenen die toch zeiden "je zou zo een toffe mama zijn", ook al was dat pijnlijk voor ons beiden.

Na de eerste golf van lotgenoten die mijn schrijfsels mochten lezen liet ik mijn blogadres ook bij anderen circuleren. Ik vond het maar eerlijk dat mijn nabije vrienden ook wisten wat er met mij aan de hand was.
Een aantal vriendinnen was het cosy Gent ontvlucht. Zij kregen als eersten mijn schrijfsels te lezen. Zo waren ze op de hoogte en konden we de paar keer dat we elkaar zagen per jaar het gewoon leuk hebben samen. Moesten zij niet eerst een uur scannen om te weten te komen of aan te voelen of ik al dan niet in huilen zou uitbarsten als ze iets over kinderen, hun kinderen of gemeenschappellijke zwangere vriendinnen zouden zeggen. Dat systeem werkte en werkt nog steeds zeer goed. Vriendinnen reageren op dipjes waarvan ze anders niet zouden geweten hebben. Het contact blijft goed, ook al zien we elkaar sporadisch.

Het voordeel aan deze lezers ver weg was juist dat ik ze niet dagelijks zag. Want mijn nabije vrienden dagelijks zien en laten meelezen met mijn diepste gedachten was niet makkellijk. Dus na de kring van verrevriendinnen, kregen ook nabije vrienden mijn blog te lezen.

Mijn lieve vriend, mijn zwangere of proberende vriendinnen, mijn dierbare afrika reizigers en ondertussen had ook P. de weg gevonden.

Uiteraard veranderen relaties door het delen van deze zeer persoonlijke informatie. P. leerde mij beter kennen. Leerde dat ik niet zo sterk was als ik me voordeed, leerde dat ik er bijna serieus onderdoor zat. Mijn vriendinnen leerden de bittere bitch kennen en waren daar niet steeds onverdeeld gelukkig mee. Mijn verre vrienden leerden me gewoon beter kennen. En ikzelf leerde beter dan ooit tevoren mijn gevoelens uiten en dingen te zeggen die ik daarvoor enkel durfde denken.

Maar ook door de stormachtige voorbije vijf jaar zijn een aantal relaties veranderd. Ik ben heel lang enkel met mezelf bezig geweest. Het lijkt soms wel een wonder dat ik uberhaupt nog vrienden over heb. En toch .... sinds ik minder moeite heb met het plaatsen van mijn gevoelens en ik beter mijn weg vind door de chaos in mijn hoofd. Sinds ik leerde dat enkel de essentie telt, dat je beter geen tijd verdoet met huichelen en de lieve vrede bewaren. Sinds ik harder ben geworden, maar tegelijkertijd ook veel softer... sindsdien zijn relaties met de mensen rondom mij wel veranderd.

Vriendinnen die ondertussen zwanger werden en moeder zijn (ahum, zo zijn er wel een paar), werden iets minder toegankelijk. Gesprekken beginnen steevast met hoe het gaat met de kinderen. Afspraken moeten zo gepland worden dat de slaap/het eten van kindlief niet in het gedrang komt. Zondagen worden gevuld met afspraken met andere vriendinnen met kinderen.
Toevallig binnenspringen zit er niet vaak meer in. Op weg van en naar de chreche, op weg van en naar de dokter, op weg van en naar de babysit, op weg van en naar de grootouders.
Zo zijn ze niet allemaal! Maar over het algemeen zal iedere kinderloze in een zee van families deze gang van zaken wel al meegemaakt hebben.
Dus de vriendenkring veranderd. Vrienden worden jonger (nog geen kinderen) of ouder (kinderen hebben geen babysit meer nodig), aangevuld met de andere kinderlozen. En zo komt er na de eerste muur (jullie zijn zwanger/ hebben kinderen, ik niet) een tweede muur tussen jezelf en de vriendinnen met kinderen. Je leeft beide op een andere wereld, je bent beide bezig op een ander niveau, de golflengte verschilt en de vriendschap verschuift wel of niet naar andere gemeenschappellijke dingen.

Regelmatig kan je wat barsten in deze muur veroorzaken. Niet alle vriendinnen waren zonder moeite zwanger. Bij hen blijft er altijd wel een residu hangen van het wanhopig proberen, van het niet weten wat de toekomst zal brengen. Andere vriendinnen hebben moeite met een tweede zwangerschap. Ook zij komen in contact met gevoelens die hen bij de eerste zwangerschap volledig vreemd waren.
En dan merk ik dat de verbittering er bij mij nog steeds een beetje inzit. Bittere bitch ligt misschien te slapen, maar af en toe komt er nog een opflakkering van haar gedachten mijn leven onderuit halen. Dan kan het weer zwart worden voor mijn ogen als ik denk aan zwangere buiken. Aan mensen die waarschijnlijk wel zwanger zullen worden na behandeling. Aan mensen die denken dat mijn lijden ondertussen voorbij is omdat we nu toch gezellig gaan adopteren.

En die zwartgalligheid vind dan zijn weg naar deze blog. En dan denk ik "neen, wordt nu niet kwaad, wees niet op je tenen getrapt. Dit gaat niet over jullie, dit gaat over mij. Dit zijn mijn gevoelens die geuit worden. Als je ze niet wil lezen, ga dan weg. Maar als je ze wel leest en je komt me morgen tegen en ik zeg rare dingen, kader ze dan in deze gevoelens. Nogmaals, dit gaat hier allemaal over mij. De dingen die ik denk, in het diepst en soms het slechtst van mijn gedachten krijgen hier een plaatsje."

Want deze kinderloze is en blijft een jaloerse bitch in het diepst van haar gedachten. Het feit dat zij hebben wat ik niet heb blijft steken. En soms steekt het als een kriebeling van een muggebeet, maar soms steekt het vlijmscherp. Ik vraag niet om dit goed te keuren, ik vraag zelfs niet om dit te begrijpen. Ik vraag zelfs niet om het te aanvaarden. Ik vraag enkel erkenning. En zelfs dat niet...
Ik vraag enkel dat ik hier mag schrijven wat ik denk. Dit ben ik, take it or leave it.